Groepsritten zijn perfect om nieuwe vrienden te maken en mooie routes te verkennen, zeker als je net begint met fietsen. Maar omdat niet alle groepsritten hetzelfde zijn, is het belangrijk om er één te vinden die bij je niveau past. Hier zijn wat tips hoe je een groepsrit vindt en hoe je in een groep over de weg rijdt.

Vind een rit

De beste plek om een groepsrit te vinden, is je plaatselijke fietsenwinkel. Kijk op hun Facebook, Instagram en websites of vraag ernaar in de winkel. Vaak zijn groepsritten opgezet op basis van fietsniveau. Als je net begint, let je erop dat de insteek van de rit ‘Samen uit, samen thuis’ is. Dit betekent dat het tempo van de langzaamste wordt aangehouden en niemand wordt gelost.

Werk aan je fietsvaardigheid

Voordat je in een groep begint, moet je ervoor zorgen dat je de fiets goed onder controle hebt. Als je moeite hebt om in een rechte lijn te rijden en vaak moet bijsturen, kun je beter nog even oefenen voordat je je bij een groep aansluit, want daarin rijd je dichtbij anderen.

Laat je horen!

Als je in een groep rijdt, is de communicatie met de andere fietsers cruciaal. Als er tegenliggers aankomen of er een hobbel of kuil in de weg zit, moet je de mensen achter je daarop wijzen. Heb je meer ruimte nodig, vraag erom. Rijd je achteraan, roep dan als er voertuigen van achteren naderen. Om onverwachte gevaren te omzeilen, kun je het beste met de andere fietsers praten.

Termen die je regelmatig hoort in het peloton

“Tegen” – er komt een tegenligger aan, maak ruimte op de linker weghelft
“Voor” – de groep gaat een andere verkeersdeelnemer inhalen, maak ruimte op de rechter weghelft
“Achter” – er komt sneller verkeer achterop, maak ruimte op de linker weghelft
“Paaltje” – er staat een paaltje op het fietspad, pas op.

Let op je omgeving

Als je in groep rijdt, is de kans groot dat je wiel dichtbij dat van een ander komt. Houd alles om je heen in de gaten en staar niet alleen maar naar degene voor je. Zo zie je gevaren op tijd om te reageren en anderen te waarschuwen en word je niet verrast als je voorligger in de remmen knijpt. Wees je bewust van je omgeving, dan is de kans op ongelukken kleiner.

Ga kop over kop

Degene die vooraan rijdt, moet altijd het hardst werken want die houdt de rest uit de wind. Let erop dat je om de beurt op kop rijdt, zodat niemand zich helemaal leeg rijdt. Spreek van tevoren met de groep af hoe je kopbeurt wisselt.

Kijk na je beurt aan kop achter je of er auto’s aankomen. Nadert er geen verkeer, wijk uit naar links en laat de groep passeren. Zodra de groep voorbij is, sluit je achteraan aan.

Of draai na je kopbeurt door naar rechts. De linker kopman of -vrouw geeft een seintje met een doordraaiend gebaar en schuift naar rechts. Alle fietsers van de groep die links fietsen, schuiven een plaatsje naar voren en alle fietsers op rechts 1 naar achteren.